Home > Bescherming > Schade  
Deel deze pagina: 

Bescherming

Dassenschade

Steun ons:
Doneer Online
Vriendenloterij
Wordt gesteund door:
VriendenloterijStichting DierenLot
De das heeft een zeer verborgen levenswijze. Hij kan al jarenlang een gebied bewonen, zonder dat het iemand opgevallen was. Zelfs in gebieden waar de das sinds mensenheugenis algemeen voorkomt moet men zoeken naar sporen van de das.
Dassen kunnen echter, ondanks hun goedaardig karakter, wel degelijk schade aanrichten.
Deze schade heeft alles te maken met zijn noodzaak voor het hebben van een dassenburcht, zijn graaflust en zijn manier van voedsel zoeken.

Het leefgebied van de das komt steeds meer onder druk te staan. De mens rukt steeds verder op met bebouwing en industrie en de versnippering van de natuur gaat alsmaar door. Men probeert de natuur nog te helpen door natuurgebieden aan elkaar te koppelen en 'nieuwe natuur' aan te leggen. Veel van die natuurontwikkelingen vinden echter plaats in gebieden die al als natuurgebied bestempeld zijn, of dienen als pleister op de wonde voor een grote aanslag op de natuur. Iedereen weet dat Brabant steeds meer wordt volgebouwd en de kans wordt dan ook steeds groter dat de das in aanraking komt met de mens.

De das ziet geen verschil tussen natuurlijke landschapselementen en menselijke bouwwerken, natuurlijke vegetatie en landbouwgewassen. Hij ziet ook geen verschil tussen eigendommen van land en heeft ook geen kaas gegeten van bestemmingsplannen. Nee, hij eet liever wormen. Om deze wormen te vinden gaat hij naar een, in zijn ogen, geschikt gebied en graaft zijn burcht op een, voor hem, zo ideaal mogelijke plek.

Aanwezigheid

Dassenburchten zijn wettelijk beschermd in Nederland. Niemand is hier op tegen, totdat men wordt gehinderd in woningbouw, wegaanleg of zandwinning. Het arme dier ziet bulldozers op zijn, vaak eeuwenoude, dassenburcht afkomen en wordt er vervolgens van beschuldigd een 'hindernis' en een 'schadepost' te zijn. De onkosten die gemaakt worden zijn bijna altijd voor het compenseren van vernietiging van leefgebied (natuur). Deze compensatie houdt in dat een ander gebied optimaal wordt ingericht voor de das. De voorkeur van de das gaat uit naar een landschap met een zo groot mogelijke variatie in flora en fauna en zo veel mogelijk rust. Met hem delen ook vele mensen deze voorkeur (en zijn leefomgeving). Men mag dan ook gerust stellen dat de compenserende maatregelen niet alleen ten gunste zijn van de das, maar ook ten gunste van het leefgenot van de mensen, uit de omgeving, en ver daarbuiten.

Graafschade

Dassen die oude leefgebieden proberen te herbevolken stuiten ook op problemen. Dassen zijn zeer schuw en zoeken dan ook nooit plekken op waar veel mensen komen. Men staat er versteld van hoe dicht in de buurt van mensen deze 'verlaten' plekken te vinden zijn. Deze plekken hebben ieder hun voor- en nadelen.
Spoordijken en dijken van rivieren zijn ideaal om burchten te graven. Deze kunnen hierdoor verzwakken waardoor er gevaarlijke situaties kunnen ontstaan.

Dassenburcht in spoordijk
Onder paden en wegen, waar geen voetgangers met honden komen, zitten de dassen ook veilig. Mede door het verstevigde (asfalt)dak. Naar mate de burcht groter wordt, is er een reële kans op verzakking. Deze kans is nog groter (en gevaarlijker) met zwaar landbouw- en vrachtverkeer. Bij (snel-)wegen waar dassenraster is geplaatst kunnen de dassen er uiteindelijk onderdoor graven.

Geasfalteerde weg verzakt

Vraatschade

In het verleden zijn kleine bosjes, houtwallen, singels en heggen op grote schaal gerooid. Deze boden rust en beschutting tijdens de nachtelijke voedseltochten van de das. Bij gebrek aan beter zoekt de das dit nu in graan- en maïsakkers. Met name jonge dassen zijn zeer speelse dieren. In een dicht bij de burcht gelegen graan- of maïsakker gaan de dassen, tijdens het zoeken naar voedsel, vaak gewoon door met hun spel. Hierbij wordt het graan of maïs soms ook plat geduwd en aangevreten.
Dassen eten ook maïs. Om bij de kolven te kunnen komen gaan dassen rechtop tegen de maïsstengels staan, en duwen deze met hun lichaamsgewicht om.
Dassenschade aan maïs
Regenwormen vormen het stapelvoedsel van de das. Hij is hier in grote mate van afhankelijk. In de zomerdag gaan regenwormen bij grote droogte dieper in de grond. Normaal gesproken schakelt de das dan tijdelijk over op ander voedsel. Veel kleinschalige landschappen zijn echter veranderd in uitgestrekte monoculturen waar voor de das niet veel meer te halen valt. Noodgedwongen kan hij dan overal in het gras putjes gaan graven, en zelfs plaggen gras omkeren om toch nog voedsel te vinden.

De dassenschade aan landbouwgewassen valt al met al erg mee. Bovendien is er voor dit soort schade een vergoedingsregeling.
Er is een onderzoek gedaan naar dassenpopulaties in Luxemburg. (Gepubliceerd in 'Mammal Review' in 2004). In het onderzoek rapporteren de biologen dat gedurende de periode 1995 tot 1999 de boeren in Luxemburg gemiddeld slechts 31 schadeclaims indienden voor schade aan gewassen door dassen. Dit komt overeen met een economische schade van slechts € 344,-.
Dit is verwaarloosbaar in vergelijking met de schade veroorzaakt door andere grote dieren zoals het wild zwijn.

Verspreiding van ziekten

Dassen zijn sterke dieren en kunnen wel tegen een stootje. Desondanks zijn ze natuurlijk toch, net als ieder ander dier, vatbaar voor bepaalde ziekten. Deze dierziekten onder dassen zijn over het algemeen onschuldig. Gezien de levenswijze van de das is bovendien de kans op besmetting voor mensen, huisdieren en vee bijzonder klein. Zo heeft de das, als zo veel in het wild levende zoogdieren, bijvoorbeeld ook last van teken. Deze teken zijn de overbrengers van de ziekte van Lyme, die ook besmettelijk is voor mensen. De behandeling is eenvoudig maar zonder juiste behandeling is dit een nare ziekte die zenuwuitval en bewegingsbeperkingen met zich mee kan brengen.
Vossen wonen, meer in de regel dan bij uitzondering, in dassenburchten. Een vos die besmet is met hondsdolheid zou deze gevaarlijke ziekte kunnen overbrengen op een das. Hondsdolheid is echter een uiterst zeldzame ziekte in Nederland zodat de overbrenging slechts theoretisch is.

Er is een ziekte die in Groot-Brittannië al decennia lang voor veel commotie zorgt en voor vele miljoenen Euro's aan schade heeft berokkend aan boeren en de regering: Rundertuberculose.
De das dient hier als zondebok en wordt onterecht beschuldigd van de verspreiding van deze ziekte.
Meer informatie over rundertuberculose.